Onderzoekers aan de universiteit van Minnesota in de V.S. lieten als eersten een quadricopter in een sporthal door obstakels vliegen door gebruik te maken van hersengolven. De helikopter wordt van op afstand bestuurd door een ‘piloot’ die een EEG-kap met elektroden op zijn schedel draagt om de hersengolven op te vangen.
Het brain-computer interface (BCI)-systeem werkt dankzij de geografie van de motorische schors, het gebied van de hersenen die de bewegingen regelt. Als we bewegen of nadenken over een beweging produceren neuronen in de motorische cortex kleine elektrische stromen. Willen we een andere beweging maken dan wordt een andere reeks neureonen geactiveerd. Die hersenactiviteit vormt de basis voor de BCI.
Voor het experiment met de quadricopter werden vijf deelnemers geselecteerd die een eenvoudige kap op hun hoofd droegen die was uitgerust met 64 elektroden. Met de elektroden werd de computer patronen ‘geleerd’ die overeenkomen met gedachten over beweging: het ballen van de linker- en rechterhand om naar links en rechts te draaien, beide vuisten ballen om te stijgen en niets doen om te dalen.
De computer werd daarna ingesteld om de quadricopter te besturen via WiFi met enkel de gedachten van de deelnemers. Ze vlogen de helikopter in de gymzaal door een hindernissenparcours met een accuraatheid van 90 percent.
De technologie kan in de toekomst mogelijk mensen met een handicap helpen. Een Engelstalige video legt uit hoe het werkt:
