Internetprotocols (deel 5)

0
49
Dit artikel is deel 26 van 35 in het DiskIdee dossier Netwerken ontsluierd (cursus)
DossiernavigatieInternetprotocols (deel 4)Internetprotocols (deel 6)

Bovenop de transportlaag met tcp draait de applicatielaag: applicaties praten met elkaar in een client-/serverconfiguratie met behulp van een applicatieprotocol. In vorige delen, dit deel en een aantal volgende delen bekijken we enkele van de populairste internetapplicaties nader. Deze keer is de opdrachtregel op afstand met TELNET of SSH aan de beurt.
netwerken
TELNET: TELNET Protocol – RFC 854

Oorspronkelijk hadden alle besturingssystemen geen grafische schil, maar alleen een opdrachtregel in gewone tekstvorm. Onder Windows heet dat de DOS-prompt of DOS-opdrachtregel, onder Linux heet dat de ‘shell’ (schil).
Zo’n opdrachtregel kun je ook bij moderne systemen nog gebruiken om met een absoluut minimum aan systeemvereisten allerlei opdrachten te realiseren. Het vereist wel een diepgaande technische kennis van het systeem, want zo’n opdrachtregel gaat ervan uit dat jij alle opdrachten en bijbehorende parameters kent. Je kunt gewoonlijk wel hulpschermen opvragen, maar als je geen ervaring hebt met opdrachtregels dan mag je je verwachten aan een vrij steil leerproces.
Wie wel ervaring heeft met opdrachtregels, weet dat je vaak met één enkel commando met de juiste parameters op een tekstregel even veel of soms ook meer kunt doen dan met een hele waslijst vensters en muisklikken op de grafische desktop. Alleen onder Windows is dat niet altijd zo, omdat de opdrachtregel daar extreem beperkt is in mogelijkheden. Opdrachtregels onder Linux en andere platformen (zoals OS/2 van IBM, bijvoorbeeld) hebben echter alle mogelijkheden die maar denkbaar zijn en staan je toe om alles van het systeem te raadplegen, anders in te stellen en ook om allerlei taken via scripts te automatiseren.
Ook allerlei andere netwerktoestellen, zoals routers en allerlei appliances, hebben doorgaans een opdrachtregel (CLI of Command Line Interface) voor configuratie- en probleemopsporingsdoeleinden. Zelfs als dergelijke netwerktoestellen een grafische (zoals een webgebaseerde) of menu-interface hebben, bieden ze doorgaans toch nog een CLI omdat je de bediening van een CLI volledig kunt automatiseren en dat is doorgaans niet of veel minder het geval voor menusystemen of grafische interfaces.
Als dit al zo’n nuttig instrument is voor een expert, stel je dan voor hoe leuk het is als je die opdrachtregel op afstand kunt uitvoeren. Een opdrachtregel op jouw pc die in feite een andere pc bestuurt. Als het ware een netwerkopdrachtregel. In een TCP/IP-netwerk doe je dat met het applicatieprotocol TELNET. SSH heeft hetzelfde doel, maar omvat encryptie om de opdrachtregel op afstand veilig te maken. TELNET versleutelt niets en zou dus gevoelig kunnen zijn voor inbraken vanwege hackers. Als je de keuze hebt, geef je daarom best de voorkeur aan SSH. Daar komen we verderop op terug.


Terminal sessie telnet zonder connectie

1
2
3
Vorig artikelInternetprotocols (deel 6)
Volgend artikelInternetprotocols (deel 4)