versterkers de analoge versterkertechniek overboord gegooid? Wij voorspellen dat er dat aan zit te komen. Het probleem is, dat het schakelend gedrag van deze versterkers zijn eigen speciale vorm van storingen met zich meebrengt en die zijn vooral te horen in het gebied van de hoge tonen. Dat verhinderde tot dusver, dat dit type versterkers bruikbaar was voor hifi-doeleinden. Overigens zijn er heel wat mensen die zo’n type versterker vanwege het schakelend gedrag een ‘digitale versterker’ noemen, maar dat is niet juist. Het ingangssignaal is immers analoog en het uitgangssignaal ook, er is geen conversie van analoog naar digitaal tussenin. Daarom spreekt men liever over ‘klasse D’ (na klasse A, AB, B en C).
Hypex UcD400 monoeindversterkermodules (400 W in 4 Ohm)
Er waren slechts een handvol fabrikanten die toch hifi-kwaliteit met klasse D voor elkaar kregen met behulp van bedrijfseigen technieken. Vaak veranderde men dan ook om commerciële redenen de klasse. Zo bestaat er bijvoorbeeld een "klasse T" van de producent Tripath die in feite gewoon een bedrijfseigen versie is van klasse D. Producten die geconstrueerd werden met bedrijfseigen klasse D-technologie zijn echter peperduur. Daar is nu verandering in gekomen. Er zijn vrij goedkope klasse D-versterkermodules, zoals die van de Nederlandse firma Hypex, te koop die een hoog vermogen leveren aan een werkelijk adembenemend hoge kwaliteit.
Volledig in kast en met voeding gebouwde stereo eindversterker met Hypex UcD400
Werking
Pulsbreedtemodulatie verkrijg je door het originele ingangssignaal te mengen met een zaagtandsignaal en overal waar het zaagtandsignaal het ingangssignaal snijdt, geef je maximumspanning en overal waar
